Enige tijd geleden introduceerde
dr. Marc Noppen, CEO van het UZ Brussel, in het programma De Afspraak een zogenaamde management driehoek met volgende
hoekpunten: gezondheid, economie en persoonlijke vrijheid. Omdat landen zoals
China de pijler van de persoonlijke vrijheid uitschakelen, zijn ze in staat om
de coronapandemie te bedwingen met een minimaal economisch verlies. Anders
gezegd, gezondheid en economie worden gevrijwaard omdat de persoonlijke
vrijheid aan banden wordt gelegd, een offer dat noodzakelijk en onvermijdelijk
zal zijn. Zo’n boodschap komt aan. Niemand krijgt graag de boodschap dat zijn vrijheid
zal worden ingeperkt. Hoewel voornoemde driehoek een aantrekkelijke tool is in de strijd tegen de pandemie,
denk ik dat er toch enkele bedenkingen kunnen worden geformuleerd.
Ten eerste is het onmogelijk om
persoonlijke vrijheid volledig uit te schakelen. Ik heb het dan niet over de
onmogelijkheid van een lockdown zoals
we die nu kennen. Ten tweede start de redenering van de driehoek vanuit een
specifieke, mijns inziens minimalistische opvatting van de vrijheid. Ik leg uit
wat ik bedoel.
Persoonlijke vrijheid wordt vaak
als synoniem gebruikt van de idee dat iemand kan doen wat hij/zij wil, wanneer
hij/zij dat wil. Het is zaterdagavond, ik wil naar de cinema en nadien wil ik
op restaurant. De bioscopen en de horeca zijn gesloten, mijn vrijheid wordt
beperkt. Maar dit is slechts een deel van het verhaal. Er bestaat ook een vorm
van vrijheid van, gekoppeld aan
verantwoordelijkheid voor. Door de
invoering van de hoogstnoodzakelijke maatregelen in de bestrijding van het corona-virus,
wordt de samenleving bevrijd van een hoog gezondheidsrisico of een ziekte. Met
andere woorden, door zelf de maatregelen strikt op te volgen, werk ik mee aan
de vrijheid, versterk ik de vrijheid, maar dan wel een specifiek aspect van die
vrijheid, namelijk de vrijheid van ziekte. De redenering geldt ook voor de
pijler van de economie. Omdat de bedrijven en de publieke sector kunnen blijven
functioneren, kan ook de welvaart gevrijwaard worden wat een sleutel is voor de
vrijheid. Een goed draaiende economie bouwt mee aan de welvaart, wat de
mogelijkheid biedt om vrij te zijn van werkloosheid en sociale onzekerheid. Er
zal brood op de plank liggen, ik zal mijn lening kunnen betalen, ik zal
werkzekerheid hebben en ik zal mijn kinderen niet belasten met bestaansonzekerheid,
omdat ik mijn steentje bijdraag aan de economie die ook de welvaart van ons
allemaal ten goede komt. Kortom, de vrijwaring van de pijler gezondheid en de
pijler economie staat garant voor de vrijwaring van een specifieke vorm van
vrijheid die onlosmakelijk verbonden is met verantwoordelijkheid. Door mijn
verantwoordelijkheid te nemen in het volgen van de maatregelen, verstevig ik de
gezondheid van mezelf en van anderen en door mijn economische activiteiten,
bouw ik mee aan de welvaart van de hele samenleving. In beide gevallen
ondersteun ik ook de vrijheid.
Er zijn natuurlijk problemen met
de beperking van wat we courant onder de persoonlijke vrijheid verstaan, dat
besef ik al te goed. Niet in het minste voor de zwaksten onder ons, de mensen
die financiële schade lijden, de armen, de zieken, de eenzamen, enz. Het
spreekt voor zich dat een engagement van de sterkste schouders noodzakelijk zal
zijn, ook op economisch vlak zoals prof. Paul de Grauwe betoogt. Maar ik denk
dat de idee dat mijn persoonlijke vrijheid beperkt wordt in deze zwaarder
doorweegt dan de daadwerkelijke beperkingen die worden opgelegd. Natuurlijk is
het niet fijn dat de sportclubs dicht zijn of dat ik niet naar bioscoop kan
gaan. Alleen hoop ik dat het besef dat deze vrijheid beperkende maatregelen
bijdragen tot de vrijwaring en ondersteuning van andere vormen van vrijheid, de
lockdown verdraaglijker maakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten