Video: De woorden van Zarathustra


Bronnen:
Also Sprach Zarathustra (ZA- ZAI:1883ZAII:1883, ZAIII:1884, ZAIV:1885), in vertaling: Zo sprak Zarathoestra, in een nieuwe vertaling van Ria Van Hengel met een nawoord van Hans Driessen, Amsterdam-Antwerpen:De Arbeiderspers, coll. Nietzsche-bibliotheek, 2013, 340p.

1. Over de drie gedaanteverwisselingen

In deze video verwijs ik naar het Evangelie van Marcus 10,13-16.

2. Over de leerstoelen van de deugd

3. Over de achterwereldlisten

4. Over de verachters van het lichaam

5. Over de deugden en de vreugden

6. Over de bleke misdadiger

7. Over lezen en schrijven

8. Over de boom op de berg

9. Over de predikers van de dood

10. Over de oorlog en het krijgsvolk

11. Over de nieuwe afgod

In deze video spreek ik over een schema dat als sleutel kan gebruikt worden om de visie van Nietzsche op de religie beter te begrijpen. Ziehier het schema:


12. Over de vliegen op de markt

13. Over de kuisheid

Ik verwijs in deze video naar de ontmoeting tussen Nietzsche en Mathilde Trampedach in 1876.  Nietzsche bevindt zich in Geneve en ontmoet daar de directeur van het symfonisch orkest, een zekere Hugo von Senger. Mathilde Trampedach was pianostudente bij hem. Op een dag verschijnt Nietzsche samen met von Senger aan het pension waar Trampedach verblijft. Ze getuigt over het vreemde voorkomen van Nietzsche, die zijn ogen probeert te beschermen met een groen scherm.

Enige tijd later maakt het gezelschap een rit in een koets, waarbij Nietzsche en von Senger in gesprek gaan over vrijheid. Mathilde Trampedach onderbreekt de beide heren met de opmerking dat het merkwaardig is dat mensen die het over uiterlijke vrijheid hebben, zo weinig bekommerd lijken over innerlijke vrijheid. Wanneer ze opkijkt, ziet de gefixeerde blik van Nietzsche die haar niet lost.

Het afscheid tussen Nietzsche en Mathilde Trampedach verloopt zonder een woord. Nietzsche buigt eerbiedig voor haar, waarna hij zichzelf verliest in een virtuoos pianospel. Na het muzikale moment volgt het afscheid, zonder een woord, maar met opnieuw een diepe buiging.

Enkele dagen later krijgt Mathilde Trampedach een brief waarin Nietzsche haar ten huwelijk vraagt. Beleefd wijst ze de filosoof af. Mathilde Trampedach was immers verliefd op von Senger en zou uiteindelijk zijn derde vrouw worden. Nietzsche zag in Trampedach een vrije geest, die er geen probleem in ziet om zich te mengen in een filosofisch gesprek tussen heren. (p.217)

Bron:

Young, Julian, Friedrich Nietzsche. A Philosophical Biography, New York: Cambridge University Press, tweede druk (eerste druk:2010), 2011, 649p.

Foto: www.skepticism.info (geraadpleegd op 12.07.2021)

 

Mathilde Trampedach


14. Over de vriendschap


15. Over duizend-en-een doelen

Ik merk dat ik een stukje commentaar in de les vergeten ben. Het gaat over een passage op het einde van de tekst:  "Voorwaar, het sluwe ik, het liefdeloze ik, dat in het nut voor velen zijn eigen nut nastreeft: dat is niet de oorsprong van de kudde maar haar ondergang" (Nietzsche, 2013:61)

Opnieuw verwijs ik naar de Genealogie van de moraal, waarin de christelijke priester als sluw wordt omschreven. Hij streeft het belang van velen na, zo zegt hij. Hierdoor verstevigt hij echter vooral zijn eigen machtspositie. De ondergang van de kudde bestaat erin dat de sluwe priester zijn dodelijke en giftige grip op de kudde nooit zal loslaten. De mens is echter, in de juiste omstandigheden, in staat tot zelfoverwinning, waardoor het mogelijk is om uit het nihilistisch gegeven dat de kudde is, te ontsnappen. Met andere woorden, de priester is niet de oorsprong van de kudde - die is er immers altijd geweest en zal er altijd zijn -maar de ondergang, omdat die priester een ontsnappen uit de kudde altijd zal verhinderen.

Bron: 

Zur Genealogie der Moral (GM – 1887), in vertaling: De genealogie van de moraal, vertaald door Thomas Graftdijk, herzien en van een nawoord voorzien door Hans Driessen, Amsterdam- Antwerpen: De Arbeiderspers, coll. Nietzsche-Bibliotheek, vijf. de druk (eerste druk 2000), 2010, 161p.

16. Over de naastenliefde

17. Over de weg van de scheppende

18. Over oude en jonge vrouwtjes

In mei 1882 bezoekt Nietzsche, samen met Lou Salome en Paul Rée,  in Lucerne de fotostudio van Jules Bonnet. Daar laat hij een foto maken waarop hij samen met Rée een kar trekt waarop Lou Salome met een zweepje als een paardenmenner de twee heren tot de orde roept. Nietzsche zou deze scène zelf hebben voorgesteld. De foto geeft op een ironische wijze een beeld van de stormachtige relatie die hij met Lou Salome had. Enerzijds is er sprake van echte liefde, anderzijds van verbittering en afwijzing.
Het is deze foto die gekoppeld wordt aan de uitspraak van de oude vrouw die zegt: "Gaat u naar de vrouwen? Vergeet dan uw zweep niet" (Nietzsche, 2013:68). 




Bron:
Young, Julian, Friedrich Nietzsche. A Philosophical Biography, New York: Cambridge University Press, tweede druk (eerste druk:2010), 2011, 649p.

Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Lou_Andreas-Salom%C3%A9

19. Over de beet van de adder

20. Over kind en huwelijk

21. Over de vrijwillige dood

22. Over de schenkende deugd

Klik hier om de bijhorende PowerPoint te bekijken.

Klik hier om het schema van de sectie te bekijken.

PS:
In deze tekst zegt Zarathustra: "Voorwaar, ik doorgrond u wel, discipelen: u streeft net als ik naar de schenkende deugd. Wat zou u gemeen hebben met katten en wolven?" (Nietzsche, 2013:75). Ik zeg u in de video dat ik niet weet waarom Nietzsche hier gebruik heeft gemaakt van katten en wolven. Na een herlezing van de voortreffelijke bibliografie van Young kan ik u volgende hypothese voorleggen. Lou Salome, Paul Rée en Friedrich Nietzsche beschuldigen mekaar na het mislukken van hun merkwaardig samenlevingsproject van egoïsme. Hierbij vergelijkt Nietzsche Lou met een kat. Lou Salome zou het egoïsme van een kat in zich dragen. Het zou dus kunnen dat de wolven en de katten verwijzen naar Rée en Salome, die natuurlijk niet tot de discipelen van Zarathustra behoren.

Bron:

Young, Julian, Friedrich Nietzsche. A Philosophical Biography, New York: Cambridge University Press, tweede druk (eerste druk:2010), 2011, 649p.

Humor als existentiebepaling

  Even in herinnering brengen: volgens Climacus bestaan er drie existentiesferen: de esthetische, de ethische en de religieuze. Ik heb deze ...