zaterdag 26 januari 2019

Democratie onder spanning...


NILHILISME: geen afstand kunnen doen van iets waar je eigenlijk niet meer in kan geloven..



Dat Forza Ninove niet kan deelnemen aan het gemeentebestuur wordt door hen als ondemocratisch ervaren. De zelfverklaarde democratische partijen, versta iedereen buiten Vlaams Belang en soms ook PVDA, zien het als hun morele, democratische plicht om het cordon sanitaire in stand te houden en met een bijeengesprokkelde meerderheid het hoofd aan de extremen te bieden. De term democratie wordt door iedereen, altijd en overal gebruikt. Voorstanders van de Europese Unie aanzien deze unie als de ultieme democratische droom, tegenstanders als een aanfluiting ervan. Daarenboven lijkt het vertrouwen in de politiek weer eens een dieptepunt bereikt te hebben. Sta me toe kort enkele denkpistes aan te geven.
Ten eerste wil ik vrij direct zijn. De verantwoordelijkheid voor dit alles ligt zeker ook bij mij maar ook bij u. Ik leg uit wat ik bedoel. We zijn met te veel, zelfs in het kleine België, het kleine Vlaanderen of in een gemeente om van een rechtstreekse democratie te genieten. U en  ik kunnen hier en nu niet ingrijpen in de politiek. Daarenboven is het zo, dat zelfs met een rechtstreekse democratie, iemand zich zal moeten neerleggen bij de meerderheid, i.e. de helft plus een. Vanaf het kleinste niveau van de gemeente tot het grootste niveau van de Europese Unie, werken we met een vertegenwoordigende democratie. Dit heeft verregaande consequenties voor wat u in het stemhokje doet. U kiest voor een partij die na de verkiezingen haar vertegenwoordigers op pad stuurt om op basis van een partijprogramma op zoek te gaan naar een werkbare meerderheid die op basis van een compromis een regeerprogramma zal proberen te verwezenlijken. U leest het goed, het regeerprogramma kan ver weg staan van wat u in het programma van de door u gekozen partij heeft gelezen, als u het al gelezen heeft. Dit betekent dat er een verpletterende verantwoordelijkheid rust op de schouders van de kiezer die eerst de verschillende partijprogramma’s zal moeten bestuderen om dan een weloverwogen keuze te maken. Indien u het stemmen als een onbelangrijke zondagsverspilling aanziet, faalt de democratie reeds nog voor een regering kan beginnen. Daarenboven is het voor velen onder ons, individualisten als we zijn, moeilijk te aanvaarden dat politici soms beslissingen nemen waar we het niet mee eens zijn, hoewel zulks onvermijdelijk is.
Zelfs al beseffen we ten gronde dat we leven in een vertegenwoordigende democratie, dan zijn er nog twee belangrijke struikelblokken te overwinnen. Ten eerste vormt het wantrouwen en niet het vertrouwen de fundamentele houding in onze samenleving. Hoewel we het niet laten uitschijnen, gaan de meesten onder ons er vanuit dat de ander niet te vertrouwen is. Met familie moet je koffie drinken, zo klinkt het, wat betekent dit dan voor de relatie met de volksvertegenwoordiger die je nog nooit rechtstreeks hebt ontmoet? Of, bij uitbreiding, wat betekent dit voor de relatie met de vreemde? Ten tweede wordt onze samenleving geïnjecteerd met het gif van de angst, waarbij ieder van ons er vanuit gaat dat er overal gevaar dreigt, niet altijd onterecht natuurlijk.
Ziehier de cocktail die u geserveerd krijgt. We leven in een vertegenwoordigende democratie in een individualistische samenleving, doordrongen van wantrouwen en angst. De remedie is van langdurige aard: werken aan vertrouwen ten opzichte van de ander. Ga er niet meer vanuit dat de ander het per definitie niet goed meent. Wees niet blind voor de realiteit maar durf het gif van de angst te bestrijden. Neem aan dat er toch heel wat mensen in de politiek stappen omwille van de juiste reden. Verdring het beeld van misplaatste naïviteit wanneer u dit leest.
Het spreekt voor zich dat wat ik hier schrijf niet de ultieme analyse is van heel het probleem. Deze korte tekst vormt slechts een aanzet tot debat. De geschiedenis toont echter aan dat er tot op heden weinig of geen alternatieven zijn voor democratie. Samenleven is een opdracht die niet altijd eenvoudig is. Daarom een oproep tot verantwoordelijkheid van allen voor allen. Misschien is dat pas echte democratie.







vrijdag 25 januari 2019

Facultatief godsdienstonderricht: een goedbedoelde illusie


Onderstaande tekst is een reactie op een artikel dat geschreven werd door Leni Franken. U kan via bijgevoegde link het artikel lezen.

Tekst Leni Franken


Omdat een belangrijk deel van de bevolking zich niet meer identificeert met de katholieke levensbeschouwing, zou het, aldus Leni Franken opportuun zijn om het vak godsdienst facultatief te maken. Ongetwijfeld is het eerste deel van de redenering correct. Velen nemen afstand van het katholieke denken en stellen zich terecht vragen bij de rol van de katholieke sfeer in de samenleving. Tegelijk vraagt Franken een herwaardering van de levensbeschouwelijke geletterdheid, wat uiteraard een erg zinvolle competentie is, zeker in tijden waarin extremisme de kop op steekt.
Kortweg is mijn stelling de volgende: indien ik als leraar godsdienst de voorbije twintig  jaar de levensbeschouwelijke geletterdheid die mevrouw Franken wil zien, niet centraal zou hebben gesteld in mijn lessen, dan zou ik nu geen leraar godsdienst meer kunnen zijn. Maar, zo vraagt u terecht, waarom dan starten vanuit de katholieke godsdienst? Wel, omdat het starten vanuit een bepaalde religie of levensbeschouwing, in casu de rooms-katholieke godsdienst, een vorm van learning in religion is, en dat werkt. Een neutraal buitenperspectief, learning about religion, werkt om verschillende redenen niet. Ten eerste bestaat het niet. Je kan, buiten encyclopedische kennis, geen neutraal perspectief aanbieden binnenin levensbeschouwelijke vorming omdat de leraar, de leerling en de leerstof in dit vak de facto onlosmakelijk met mekaar verbonden zijn. Ten tweede biedt een zogenaamd objectief standpunt aan de leraar en de leerling de mogelijkheid om zich letterlijk van de leerstof te distantiëren, waardoor het verwezenlijken van de levensbeschouwelijke competenties op de helling komt te staan.
Wat is de kracht van de tradities in de lijn van Abraham (ik vermijd de termen jodendom, christendom, islam, atheïsme ed.)? De mondelinge en schriftelijke traditie die aan voornoemde religies of levensbeschouwingen verbonden is, omvat archetypes van verhalen die het menselijk bestaan altijd al vorm gegeven hebben. Zo kent men David versus Goliath, Achilles versus Borgias, Dawud versus Djalut, Nietzsche tegen de geest der zwaarte, ik tegen de soms slopende routine en de snijdende, scherpe kanten van het leven. Leer deze archetypes aan, en je leert dat we verbonden zijn. Zelfs de moderne fysica weet dat we verbonden zijn: allen zijn we sterrenstof. Er zijn talloze voorbeelden van zulke archetypische verhalen, maar weet dat wanneer een leerling in de godsdienstles kennis maakt met David en Goliath, leert over wat wij allemaal meemaken. Hierdoor verwerft deze leerling een vorm van levensbeschouwelijke geletterdheid die bovendien wijst op de feitelijke verbondenheid van mensen. Met andere woorden, een leerling die het vak godsdienst volgt in het katholiek onderwijs, zal kunnen groeien als mens, wat ook zijn levensbeschouwelijke visie is.
Voor u in uw pen kruipt en mij van een overdreven favoritisme ten opzichte van de christelijke godsdienst beschuldigt, toch even dit. Het spreekt voor zich dat een leerling evenzeer levensbeschouwelijke competenties verwerft wanneer die starten vanuit een andere traditie. Je kan beginnen bij de atheïst Nietzsche en zijn strijd tegen de Geest der zwaarte, om dan uit te komen bij Dawud versus Djalut. De kunstmatige scheiding van de levensbeschouwelijke vakken heeft al lang niets meer te maken met wat er de facto in de klas gebeurt. Het gaat zeker ook om de belangen van de onderwijskoepels en allen die hiermee verbonden zijn, lees, het gaat ook om macht. Vraag is of de woordenstrijd in de media rond levensbeschouwelijke vorming, vaak vertrekkend vanuit foutieve premissen die reeds lang achterhaald zijn in de klas, de leerling enig goed doen? Wat mij betreft niet.



REMINDER: er is nog 1 plaats vrij voor de leeskring rond "Zo Sprak Zarathustra". Alle info kan u vinden op mijn vorige blogpost.
Informatie leeskring Zarathustra

vrijdag 4 januari 2019

Het fotoalbum




Nieuwjaarsdag. Het laatste pakjesritueel van de voorbije feestdagen voltrekt zich in onze woonkamer. Omdat de naaste familie bij ons te gast is, hebben wij, mijn vrouw en ik, een vrij goed beeld van hoe dit ritueel zal verlopen. Vakkundig regisseren we het gebeuren, zodat iedereen de kans krijgt zijn of haar pakje aan te bieden aan een ander familielid. Net toen we dachten dat het ritueel voorbij was, ontstond er een zenuwachtig gesprek tussen zoon en dochter. Voor we goed wisten wat er te gebeuren stond, werd ons een pakje aangeboden. Vanwege zoon en dochter, aan mama en papa.

Het blijkt om een fotoalbum te gaan met als titel “De familie Verbeeck”. Met verstomming doorbladeren mijn vrouw en ik het album en al snel raken we geëmotioneerd door de verschillende foto’s van het voorbije jaar. De zomervakantie, de foto van de wandeling met de recent overleden overgrootmoeder, de hond met een zonnebril, samen op uitstap naar de kerstmarkt, allemaal zaken die we inderdaad vorig jaar hebben meegemaakt.

Indien u me op een onbewaakt moment zou gevraagd hebben naar een herinnering aan een van deze gebeurtenissen dan zou ik u waarschijnlijk verteld hebben dat het bezoek aan de kerstmarkt niet zonder slag of stoot is gebeurd, dat de vakantie gepaard ging met de nodige ruzies, dat we meer dan eens gevraagd hebben om de hond niet te plagen met die zonnebril en dat het absoluut niet evident was om de overgrootmoeder te overtuigen om samen te gaan wandelen. Kortom, en dat weet u allemaal, het leven is niet altijd eenvoudig. Stress, spanningen, elk huishouden kent ze. En dan komt het fotoalbum, waarin deze gebeurtenissen in een nieuw perspectief worden geplaatst.

Sta de filosoof toe even geleerd te doen. Een fotoalbum biedt een metaperspectief op het leven aan. Een metaperspectief is een perspectief op het perspectief. Ik leg uit wat ik bedoel. Elke dag leven we het leven zoals het zich aandient, met de nodige beslommeringen, uitdagingen, mooie momenten, stressvolle momenten, enz. In vele gevallen hollen we van moment tot moment en blussen we spreekwoordelijke brandjes. Dit is het perspectief waarin het leven zich elke dag toont. Maar dan is er het metaperspectief. Hier zie je, door de ogen van de fotografen, in dit geval van dezelfde gezinsleden die in datzelfde leven als protagonisten optreden, het leven zoals het ook is. We hebben nu een foto van ons gezin met de kranige, pas overleden overgrootmoeder. Later zullen we lachen omwille van de coole zonnebril op de neus van onze trouwe viervoeter Juul. De uitstap naar de kerstmarkt, weet je dat nog, de kinderen vol jolijt in het reuzenrad, de vader met hoogtevrees die zich wanhopig vastklampt aan het bakje van het rad. En dan is de vraag: welk leven heb je geleid? Wat is er nu echt gebeurd? Beiden, uiteraard. En inderdaad, soms geeft het leven te denken en er zijn van die momenten dat je met plezier je kap over de haag zo gooien. Maar dan is er het broodnodige en zo belangrijke metaperspectief dat vastberaden uitroept: ja, het is echt de moeite waard. Dank u wel, zoon en dochter, voor het fotoalbum.


dinsdag 1 januari 2019

Over koekjes en goede voornemens




01 januari in de loop van de ochtend: ik at geen koekje. Hoewel ik al jaren hevig strijd lever tegen de kilo’s, durf ik soms, afhankelijk van mijn stemming, me te goed doen aan een koekje op het verkeerde moment. In 2019 neem ik me voor om dit niet meer te doen. Traditioneel overstelpen we onszelf met goede voornemens, en al te vaak hebben we de idee dat deze voornemens niet erg lang duren. Vraag is of het nog zinvol is om een actieplan met voornemens op te stellen. Ik denk van wel.

01 januari kort na de middag: ik at geen koekje. Ik weet ondertussen wat ik aan u, trouwe lezer over goede voornemens wil zeggen, alleen heb ik de juiste woorden nog niet gevonden. Dus, een nieuwe poging. Onlangs stond ik voor mijn boekenkast en vroeg ik me spontaan af wat ik nog weet van de boeken die majestueus staan te pronken. Ik heb ze allemaal gelezen, maar wat weet ik er nog van? Plots valt mijn blik op een schitterend boekje dat, ja ik mag het wel zeggen, mijn leven heeft veranderd. Het werd in de jaren tachtig van de vorige eeuw geschreven door Rabbi Harold Kushner en draagt de titel: “Als het kwaad goede mensen treft”. Kushner schreef het boekje als reactie op de dood van zijn zoon Aaron, te vroeg gestorven aan de gevolgen van de ziekte Progeria. Een van de hoofdstukken heeft als titel: “God helpt die mensen die zichzelf helpen”. Ik weet niet meer wat er allemaal in staat. Alleen is de titel zo krachtig, dat de boodschap voor mij na al die jaren dat ik het boekje niet meer heb vastgenomen, nog steeds duidelijk is.

01 januari in de late namiddag. Ik at geen koekje. De idee van het voornoemde hoofdstukje uit het boek van Kushner is dat een mens zichzelf moet aanvaarden als mens. Dit betekent dat er goede en minder goede aspecten aan ons zijn, zaken waar we mee kunnen pronken, maar evengoed zaken die we liever diep onder de grond begraven. Goede voornemens, zelfs wanneer ze van korte duur zijn, passen hierin. Het begin van een nieuw jaar kan een ritueel zijn waarbij we bepaalde aspecten van ons leven mogen resetten. En u herinnert zich ongetwijfeld die momenten waarop u uw computer niet één maar verschillende keren heeft moeten heropstarten vooraleer het ding deed wat het moest doen. Voor een mens geldt dit ook. Regelmatig het leven resetten met als bedoeling om nieuwe wegen mogelijk te maken. Een ritueel om af te sluiten wat we minder graag hebben aan ons leven, zodat we opnieuw kunnen heropstarten. Dit alles omdat we nieuwe mogelijkheden en doelen kunnen en mogen zien.

01 januari ’s avonds. Ik at geen koekje. Het lijkt me erg gevaarlijk om het bereiken van een doel als eindbestemming te zien in het leven. Nu heb ik de job die ik wil, nu heb ik het gezin dat ik wil, … Leven is onderweg zijn. Het feit dat het leven onaf is, maakt de kracht van het leven uit. Niet het bereiken van het doel is het allerbelangrijkste (ik zeg niet dat doelen bereiken onbelangrijk is), maar de weg er naar toe. Goede voornemens als ritueel resetten, opnieuw de weg zoeken, trial and error, noem het zoals je wil.

01 januari laat op de avond. Ik eet geen koekje. Ik publiceer mijn eerste blogtekst van dit jaar. Mijn allerbeste wensen voor 2019! Een goede gezondheid, geluk en vrede. Moed en doorzettingsvermogen als het minder gaat. Voor de eerste dag op het jaar heb ik goed gewerkt. Dit verdient een koekje!


Humor als existentiebepaling

  Even in herinnering brengen: volgens Climacus bestaan er drie existentiesferen: de esthetische, de ethische en de religieuze. Ik heb deze ...