zondag 30 december 2018

Ethisch dilemma: de terugkeer van (IS)-gezinnen


In het eerste boek van de Bijbel, het boek Genesis, maakt de lezer kennis met Josef. Uit jaloezie en als straf wordt Josef door zijn broers verkocht aan Egyptische mensenhandelaars.  In Egypte wacht Josef de dood van een slaaf. Het verhaal eindigt met een dramatische ommekeer. Om redenen, te lang voor deze tekst, komt Josef in een positie te staan waarin hij kan beslissen over leven of dood van zijn broers. Je leest het goed, Josef vergeeft zijn broers. In dit verhaal introduceert de Bijbel een van haar belangrijkste en meest controversiële ideeën, vergeving, en dit in een context van leven en dood. Over de grenzen van tijd en cultuur vraagt de Bijbelse traditie aan elkeen om steeds te streven naar vergeving, dus ook aan mij.

Dan zet ik de televisie aan en kom ik oog in oog te staan met Tatiana en Bouchra. Naar eigen zeggen beseffen ze welke gruwelijke fouten ze hebben gemaakt. Al wat ze willen is veiligheid, gezondheid en toekomst voor hun kinderen. Hiervoor zijn ze bereid om de celstraf, opgelegd door het Belgische gerecht, te ondergaan. Daarenboven reist een team van kinderartsen, psycholoog prof. Loots en de directrice van Childfocus, Heidi de Pauw, af naar het gebied om de zorgwekkende gezondheidstoestand van de kinderen vast te stellen. Strafpleiters als Walter Damen houden een vurig pleidooi, gebaseerd op de onschuld van de kinderen en de verantwoordelijkheid van de Belgische staat ten opzichte van haar onderdanen. Een mens in nood, moet geholpen worden, anders is het schuldig verzuim, zo klinkt het. En dan komt het vonnis, België wordt verplicht om de kinderen te repatriëren. Bouchra en Tatiana zullen hun straf niet ontlopen. Ze zullen onmiddellijk na aankomst naar de gevangenis worden overgebracht.

Ik zeg dit niet lichtzinnig, maar ik denk dat deze kwestie een van de belangrijkste en moeilijkste ethische vraagstukken is waarmee we de jongste tijd als samenleving geconfronteerd werden. Enerzijds is het duidelijk. Mensen in nood moeten worden geholpen en, zo lees ik op mijn eigen blog, mensenrechten moeten gerespecteerd worden, zelfs wanneer de tegenpartij dat niet doet. Vergeet niet dat ook Josef geen enkele garantie had dat zijn broers daadwerkelijk spijt hadden en vooral dat de feiten zich in de toekomst niet meer zouden herhalen. Anderzijds gaat het over mensen die zich hebben aangesloten bij een terroristische organisatie, verantwoordelijk voor aanslagen en gruweldaden waarbij zelfs de grootste horrorfreak maagklachten oploopt.

Ik geef toe, lange tijd kon ik geen mening vormen. Nu denk ik dat het een fout is om deze vrouwen en kinderen terug naar België te halen. Ik kwam tot dit besluit omdat ik de situatie heb bekeken vanuit een andere invalshoek, namelijk die van het gezin dat me gisteren voorbijliep toen ik met mijn hond ging wandelen. Ook deze mensen hebben mensenrechten. Ze hebben recht op een veilige samenleving waarin ze naar kerstmarkten en popconcerten kunnen gaan. Een samenleving die niet wordt opgeschrikt door terreur en niet gebukt gaat onder extremisme van welke overtuiging ook. Terwijl ik dit schrijf roept Josef me toe: hoe zit het met vergeving? Kan het dan echt niet dat Tatiana en Bouchra hun fouten hebben ingezien? Hebben ze geen recht op vergeving? Het spreekt voor zich dat lijdende kinderen niet aan hun lot mogen worden overgelaten, maar dat geldt ook voor die drie kinderen van de statistische tien die vandaag in Vlaanderen opgroeien in armoede. Misschien moeten alternatieve manieren gezocht worden om Bouchra, Tatiana en alle overige Belgische kinderen van IS-strijders te helpen, zoals het organiseren en/of financieren van plaatselijke hulp. Hoe dit moet gebeuren, daar heb ik geen idee van. 

Straks staat het ontbijt op tafel. Niets te kort. Duizenden kilometers verder, of misschien wel achter de hoek, lijden kinderen. En, zo vraag ik me af, hoe zit het met mijn verantwoordelijkheid? Wat te doen met mijn overtuiging dat vergeving de enige manier is om een toekomst voor allen mogelijk te maken?


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Humor als existentiebepaling

  Even in herinnering brengen: volgens Climacus bestaan er drie existentiesferen: de esthetische, de ethische en de religieuze. Ik heb deze ...